Nagenoeg alle Hindoes kiezen voor een crematie. Dit doen ze omdat ze geloven dat dit de snelste manier is om terug te keren naar Brahm, de Oerbron. De dood wordt meestal als positief ervaren omdat het lichaam slechts was bedoeld voor tijdelijk en het zijn taak heeft volbracht. Hindoes geloven in reïncarnatie wat wil zeggen dat hun ziel na het sterven in een ander lichamelijk omhulsel terechtkomt.

Reïncarnatie of wedergeboorte

Het hindoeïsme bestaat uit verschillende tradities en overtuigingen, die met elkaar gemeen hebben dat ze er van uitgaan dat de mens een kringloop van 'reïncarnaties', wedergeboortes, doormaakt voordat hij met 'Brahm', de oerenergie of de oerkracht, herenigd kan worden. De meeste hindoes worden gecremeerd, omdat dat de snelste manier is om de terugkeer van het lichaam naar de bron te laten plaatsvinden. Voor de familie is cremeren daarom geruststellender dan begraven.

Eerbetoon aan Brahm

Op de dag van de crematie scheert een zoon of -als een zoon ontbreekt- een andere man uit de familielijn van de man, zijn hoofdhaar af, omdat hij bij de uitvaartplechtigheden als offeraar gaat optreden. Andere mannen in de familie scheren zich dan voor het eerst na het overlijden weer.

De rouwperiode

Na de crematie leeft de familie tien dagen heel sober en eet zij vegetarisch. Elke dag wordt thuis een offerdienst gehouden, waarbij tien rijstballetjes worden geofferd om voor de ziel van de overledene een nieuw menselijk omhulsel af te smeken. Reïncarnatie kan namelijk ook betekenen dat de ziel terugkomt in de lagere vorm van een dier. De rijstballetjes worden op een hoopje zand gelegd dat Moeder Aarde symboliseert. De oudste zoon brengt een vuuroffer in een speciale ijzeren bak met geurige houtsoorten. Dit is ook in een crematorium mogelijk. Op de tiende dag worden vegetarische gerechten gekookt die de overledene lekker vond en wordt een bord met dat eten in de tuin of op het balkon gezet voor de overledene. Twaalf of dertien dagen na de crematie wordt een rouwplechtigheid gehouden in het huis van de overledene, waarbij naast de hele familie ook vrienden en bekenden aanwezig zijn. Onder leiding van

een priester worden speciale offers gebracht. De rouw wordt dan officieel opgeheven, maar de directe nabestaanden mogen pas na een jaar weer feestelijke gebeurtenissen zoals huwelijken organiseren. Na zes maanden herhalen de nabestaanden de plechtigheid van de dertiende dag en na een jaar wordt de rouwperiode afgesloten met een ceremonie.